31 mei 2012

Zoet bloed

Waar halen ze het lef vandaan. Je denkt dan: ik waag me op vijandelijk gebied. Met mijn blote voeten, kuiten, armen en hoofd ben ik een vogel voor de kat - of 'een zoetbloedig mens voor de mug', naargelang je wilt. Maar hey, het is zo een mooie avond, een avondje Spinnekop is dan wel heel aanlokkelijk. En middeltjes tegen de muggenbulten heb ik nog niet op kot, helaas.Dus onbeschermd ben ik de jungle ingetrokken - eenmaal je de tuin der Spinnekoppen betreedt, weet je wel wat ik bedoel. Resultaat: geen beet te verkennen op alle ontblote lichaamsdelen, wel een aanslag op mijn rechterbil. Op mijn B.I.L. nota bene - of mijn 'Best Ingepakte Lichaamsdeel'. Hoe komen ze erbij. Door legging en rokje heen geprikt. De sloebers.

Kleine anekdote: ik blijk een ware vogelpikheldin te zijn. Recht in de roos.


Made by C. 

21 mei 2012

Ik sloddervos.

Ik sloddervos - zoals in: jij sloddervost, wij sloddervossen ... Maar hier gaat het vrij duidelijk om 'ik'. Niet om mijn egoïstisch trekje in het licht te zetten, wel om mezelf niet langer te doen geloven in 'de propere vos' in me. Hier bedoel ik niet enkel het zichtbare - al zal dat zeker ook een rol spelen (terwijl ik hier lustig zit te typen, heb ik net trouwens verschillende confituurvlekken ontdekt op mijn net gewassen rokje. Bummer.). Ik betrap mezelf voortdurend op het feit dat er onmogelijk veel 'todo-lijstjes' rondzwerven in mijn hoofd. Want hey, ik ben student - het bewijs is hier naast mij zichtbaar op mijn bureau. Een ogenschijnlijke hoop wegwerppapier, die doorgaat voor mijn cursus. En als student ben je vrij, heb je veel tijd, ben je nog jong, kan je de wereld aan en blablabla.

Het wordt tijd dat ik student-af ben, denk ik. Ik wil blijven steken in de fase tussen het student-zijn en het burgerlijke leventje van de serieuze werkmens - ook al zit ik nog niet in die fase, je weet wel, ik krijg toch stilletjes aan die drang naar meer. Ik geef mezelf een jaar. Een jaar lang om enkele van mijn dromen te vervullen. Grotere en kleinere projecten zitten in dat hoofd van me. Ik wil de wereld zien. Niet zomaar reizen om te reizen, wel met een doel. En die doelen krijgen stilaan vorm. Maar dus, die ordening, daar moet nog een beetje aan gewerkt worden - lopen is voor mij voorlopig het ideale 'ordeningsmoment'. Het blijkt de perfecte manier om anderhalf uur met mezelf in debat te gaan. Je moet me dan best niet te hard gadeslaan. Mijn gezichtsuitdrukkingen zullen misschien te veel verraden. 


Zoals, lang geleden, vermeld: mijn lijstje van dingendieikvoormijnvijfentwintigstewildoen krijgt stilaan vorm. Ik verklap niet alles, maar enkele voorproefjes wil ik jullie niet onthouden


Ik wil graag: 

- de marathon van mijn leven lopen in minder dan vier uurtjes. 
- als freelancejournalist mijn boterham verdienen, al is het maar voor eventjes. 
- een fietstripje maken buiten België met de tent, de slaapzak en andere noodzakelijke benodigdheden. 
- een trektocht maken in een land als Nepal, of in een ander Aziatisch land. 
- een nieuwe sport ontdekken. Surfen, yoga, rugby ... laat maar komen. 
- de Borinage bezoeken. 
- zelf lasagne maken - ik ben niet zo een kooktalent, moet je weten. 
- een boek schrijven. 
- ... 

Ambitieus zeg je? Nee hoor. Dan zou je de rest van mijn lijstje moeten zien. Ik heb wel een klein vermoeden dat 25 jaar dichterbij is dan gedacht. Maar goed, de lat hoog leggen, wordt me wel eens gezegd.

Bij deze.

16 mei 2012

Muts met blote tenen

Muts met blote tenen.

Het klinkt als een culinair topgerechtje. 
Het ziet er uit als een onvervalste paradox. 
Het voelt als een allesoverheersende lichaamsrilling. 
Het ruikt naar onraad. 
Het smaakt als warm ijs. 


Het blijkt de perfecte afspiegeling van mijn trotsering van het Belgische weertje. 

Stel je er ook nog een rode regencape bij voor, en je weet hoe ik gisteren geprobeerd heb de Ledebergse tramsporen te ontwijken, op zoek naar eten in de - bekend van Aanrijding in Moscou - Colruyt.

Ziezo, nu heb ik het ook aangedurfd om het meest besproken onderwerp in ons Belgenlandje aan te snijden. Het weer, begot.


11 mei 2012

Kopiekot

Eindelijk. Het moment van opperste verlossing. Opluchting. Tijd om het kopiekot op te zoeken. Want je denkt: het is zover, ik ben er helemaal klaar voor. Nog enkel die formaliteit afronden en dan kan ik weer een beetje ademhalen. Formaliteiten zijn peanuts. Slechts een kwartiertje werk. Nee, zolang niet. Dat was buiten de stagiaire gerekend. Niets tegen stagiaires. Ze was zelfs vriendelijker dan de norse Ledebergs sprekende kassadame die haar portie cafeïne in de ochtend duidelijk nog niet goed weet in te schatten.

De stagiaire leverde goed werk, gewoon een beetje traag. Misschien lagen mijn eisen te hoog. Hoewel die in mijn ogen best meevielen.

"Ik wil heel graag mijn thesis laten afdrukken. Het zijn ongeveer 320 pagina's, enfin, de vier versies samengeteld uiteraard. Zwart-wit en recto-verso graag. Ik denk aan het milieu, zie je. Ohja, op de site zag ik dat het met een studentenkaart goedkoper is. Die heb ik. En doen jullie ook aan inbinden? Zo ja, ringetjes of lijmen? Nee, ik wil geen 'plastiekjes' aan de voor-en achterkant (milieumilieumilieu). Geef maar een iets dikker blad, ja graag. Doe maar lijmen. Of nee, geef ringetjes, dat is gemakkelijker voor de lezers - puntjes scoren bij mijn promotor, niet waar. Misschien moet ik de eerste pagina toch niet recto-verso doen. Doe het vanaf pagina 2. Oeps, ik denk dat het papier van de printer leeg is. Oh en de inkt lijkt me ook niet meer zo zuiver. Hoeveel zou het ongeveer kosten in het totaal? Kan ik met de bankkaart betalen? Toch nog even nakijken, je weet nooit. Dank je wel." 

Moeilijke klant, zeg je? Nee hoor. Ik vond het best sterk van mezelf. Ik wil het gewoon milieubewust doen. En liefst nog goedkoop als het kan en het oog wil ook wat natuurlijk. Ik blijf een student. Nu ja, nog even dan. Mijn twee favoriete thesisnummers passeerden de revue in het uur dat ik lustig met mijn vingers draaide, wachtend op de ultieme 'oplevering'. We are young - Fun ft. Janelle Monáe en Little Talks - Of Monsters and Men. Bijgelovig ben ik niet. Misschien goedgelovig, een tikkeltje naïef.

Het voorwoord van mijn thesis spreekt boekdelen.

"Een masterproef schrijven vraagt net dat tikkeltje extra van een student. Er zijn dagen van opperste concentratie waarop alles heel vlot lukt en waarbij je denkt: ik red het wel. Maar dan zijn er van die ontelbare momenten dat je snakt naar nieuwe inzichten, dat je hopeloos op zoek bent naar het juiste woord, dat je een belangrijk document bent kwijtgeraakt in het oneindige doolhof, ook wel 'computer' genoemd en dat je, hoe hard je ook probeert, het bos doorheen de bomen niet meer ziet. En het zijn net die momenten waarop ik de steun van verschillende mensen rondom mij heel hard gevoeld heb." 


Amen en uit

5 mei 2012

Proef van de master

"I'm a bird I'm a bird I'm a flirt: someone's gonna shoot me down ... "
Het gaat goed met me. Echt. Ik ben een liedjesverkrachter pur sang. Het blijft een beetje traditie om - zonder mijn kennis van het Engels te onderschatten - liedjesteksten een eigen sound te geven. Songteksten zijn volgens mij zwaar overrated. En dat bird-gedoe is best toepasselijk. Fladderend baan ik me een weg over een straat waar geen einde lijkt aan te komen: de eindeloze viervaksautostrade genaamd MASTERPROEF. De proef van een master - alias ikzelf, zo blijkt, of toch in de nabije toekomst (fronsende wenkbrauwen). 


Ook die shoot me down zou ik soms wel kunnen gebruiken. Al die zwevende theoretische academici zouden hun hoofd soms beter wat lager tegen de grond houden. Met hun moeilijke woordenschat voel ik mijn bloed vaak opstijgen tot in het diepste van mijn gespleten haarpunten - opstijgen als zijnde: dat mijn haar soms een ontplofte vogelsnest is. Ik ging vandaag nog eens bij mevrouw de kapper. Maar telkens als ik mezelf zover gekregen heb, blijk ik een good hairday te hebben. 


Vraag me niet hoe ik bij die flirt terecht komt. Bird rijmt op Flirt. Gelieve geen verdere associaties te maken. Soms moet een mens even de nodige zelfkennis vergaren vooraleer zoiets te beseffen.

Nu vraag je, je af waarom ik Astrid Bryan-gewijs zoveel Engelse termen in mijn tekstje prop. Het is om mezelf te overtuigen dat zoiets 'werkt', dat zoiets opvalt. Het is een beetje zoals Latijnse spreuken gebruiken in je dagelijkse spreektaal. Zoals onlangs onze gerenommeerde - zie je, soms kan ik echt wel moeilijke woorden gebruiken. Terwijl ik evengoed het woord 'berucht' hier had kunnen plaatsen, maar nee, soms moet je hard zijn - professor Coolsaet nog heel mooi verwoordde: "Wanneer iemand regelmatig Latijn gebruikt in zijn normale spreektaal, terwijl het net zo goed in het Nederlands (of gelijk welke andere taal) kan, dan heeft die persoon iets te verbergen." 


Eat this, BDW - en alweer een flagrante fout van mezelf: een mens op dieet mag je nooit uitdagen met zulke uitspraken. Hij zou wel eens de daad bij het woord kunnen voegen.