25 sep 2012

Een doordeweekse, Zeelse marktdag

Het is marktdag vandaag in Zele. Dinsdag, marktdag. Dat is een vaststaand feit. Punt.
Ik denk dat het welgeteld ettelijke jaren geleden was dat ik mijn hoofd daar vertoond had. Het was zowaar een verademing.

Goed, ik moest eigenlijk helemaal niet op de markt zijn. Toch niet gewoon voor de markt. Wel voor al hetgeen rond de markt ligt. En we zijn in Zele, remember. Alles speelt zich af in de straal van enkele meters van de markt. Of de Markt.

In de wereldwinkel lege flessen fruitsap afgezet. En met de leeggoedcentjes een nieuwe postkaart gekocht. Gewoon, omdat ik het niet kan laten.

Mijn gsm-kaart opgeladen bij de Zeelse middenstand.

De Standaard Boekhandel bezocht - stiekem om te kijken naar het boek van BDW. Hij staat op plaats twee van meeste verkochte non-fictie. De Voedselzandloper staat op één. Hoera. 

Het ultramoderne gemeentehuis binnengetreden om mijn internationale paspoort te vernieuwen. Wat bleek: geen pasfoto's mee - kerekeerwere. Gelukkig zijn we hier in Zele. Hier hebben ze zo een pasfoto-automaat in de Grand Bazaar. Ik, terug de markt over. De GB binnen. Een automaat weggestoken achter een giga-blauwe bak. Eventjes gecheckt bij de kassamevrouw of hij wel nog marcheerde. Geen probleem. Stel je dan eventjes dit tafereeltje voor. Sluit gerust je ogen.

Daar zat ik dan op het ronde krukje, achter het gordijntje. Het was blauw, dat gordijntje. Net zoals mijn kleedje - gewoon om je voorstelling compleet te maken. Ik steek de centjes in de gleuf, vijf euro voor vijf pasfoto's. Goed. Daar zitten we dan. Plots steekt de dame in de automaat van wal. Gelieve alle instructies nauwgezet op te volgen - zo luid als de gigantische letters die hiervoor staan. Luider zelfs. Ik schrik mezelf bijna van die stoel. Nog gênanter was het feit dat de GB volliep met mensen, want het is marktdag. Iedereen, van de kassagangers tot de ronddolende winkelkarren, kon nauwgezet de instructies volgen die de pasfoto-automaat uitspuwde. Geen tanden tonen, niet lachen, leg je handen op je schoot, kijk in dit kadertje, let er op dat je ogen op de juiste hoogte zijn, je hebt drie kansen - met andere woorden: verpruts ze niet. Ik was lichtjes gegeneerd. Nergens een volumeknop te vinden. Mijn eerste twee pogingen waren dan ook geen voltreffers - probeer maar eens op een serieuze manier naar jezelf te kijken. Beangstigend. Telkens opnieuw kwam er dan ook een hele parlare uit dat machien. Derde keer, goede keer zo bleek, ook al voldeed het niet helemaal aan de voorwaarden. Volgens mij was de knot op mijn hoofd te groot. Uw haar past niet volledig in dit kadertje. Heb het dan toch maar afgedrukt. En ben dan nog enkele minuten blijven zitten. Om het gênant moment uit te stellen. 


Je mag met me lachen hoor. Zelfs met ontblote tanden. Gewoon omdat het kan. 

Je ziet. Een doordeweekse dag in Zele. Zoals zo vele dagen. Wel de voorlaatste voor ik op ecotripping vertrek. Witte Kip gaat dan ook even op stok. Tijd voor een nieuw avontuur. Kan je toch niet wachten om mijn gekke kronkels te volgen, volg dan: eco-tripping.blogspot.be.

Ik dank jullie.

22 aug 2012

Nostalgische achteruitkijkspiegel

Oh goddelijke ironie.

Met opgevouwen matras en de helft van mijn kotinboedel reed ik daarnet gezwind door het land - nu ja, het stukje rechte baan van Gent naar Zele, ook wel E17 genaamd. Gezelligheid troef op die schaars verlichte autostrade. Een kleine sabotage van de achteruitkijkspiegel dook op, maar verder verliep alles gesmeerd. Tot op het punt net voorbij de afslag Beervelde - ik slaagde al een vreugdekreetje: Zele, I'm on my way. Helaas. Plots alle pinkers aan, remmen op. File begot. 

Alsof dat nog niet voldoende was schalden de boxen vrolijk het lied Can't get better than this door m'n oren - you little StuBrubastards. En gelijk hadden ze: de file stond even later gewoon potdicht. Ik was al een vat vol emoties na de allereerste opruimactie op mijn kot, kwam dat er nog eventjes bij. Mijn nostalgische hersenkronkels werden vandaag wel echt zwaar op de proef gesteld. Ook ontdekt dat het nu wel echt de allerlaatste periode is dat ik vakantiejob - als in: ik vakantiejob, jij vakantiejobt ... - bij het bedrijf waar ik ZEVEN! jaar lang op inspectie stond. Ik herinner me nog goed hoe ik als puberende
16-jarige als het ware in de cafetaria werd gedropt om een giga-order af te werken. Pas na enkele dagen rolletjes draaien, hadden we ontdekt dat ik niet bepaald de regeltjes volgde. Resultaat: alles opnieuw en een vader die zich afvroeg waarom net zijn kleine opgescheept zat met twee RECHTERhanden - remember: ik ben links, en niets tegen links. Ondertussen ben ik bijna een pro. Bijna. Mijn lompigheid blijkt af en toe nogal doorzichtig.

Maar dus: mijn kotleven zeg ik bijna vaarwel. Het deed me wel iets om de douche en het toilet een fikse schrobbeurt te geven - nee mama, ik bedoel niet dat ik dat nu elke dag thuis wil doen. Vanaf volgende week zal zich daar een ander wassen, een ander plassen, een ander mijn kot inpalmen. No me gusta. Maar het is wat het is.





23 jul 2012

Dia Dhuit

Nieuw avontuur in zicht.

Mits enige verbeelding lijkt het me nu al mogelijk een beeld te scheppen van de komende week: een tent, stapschoenen, rugzak en muggenzalf - remember Suriname. Zulke knoerten van beten wil ik van m'n leven niet meer. De littekentjes zijn net aan het vervagen, maar heb persoonlijk geen behoefte aan nieuwe kraters. 


Regen? Laat ons eerlijk zijn. Ierland is niet gekend om z'n 'Ibizaiaanse' stranden en bruisende zonneschijn, maar op tijd en stond een regenbui zal onze oververhitte voetjes wel afkoeling bezorgen. Optimisme alom.

Gelukkig is daar de natuur. Dat wordt ons toch gezegd. Benieuwd of mijn stilaan groeiende kampeerkennis de strijd zal moeten aangaan met onverwachte nieuwigheden.

Mijn onuitstaanbare lompigheid van afgelopen dagen (weken) kan ik hopelijk in België achterwege laten - iemand interesse? Bel me, schrijf me, laat me gauw iets weten. Na builen, blauwe plekken, scheenbeenkrampen en dergelijke andere lichamelijke ongemakken heb ik nood aan wat oplapperij. Ik heb alvast blijnenpleisters mee, want je weet maar nooit - soms zit een ongelukje in een klein hoekje van je schoen. 

Enfin, u hoort het al. Ik ga naar daar om een beetje te genieten. Om te vieren dat ik officieel geen student meer ben. Klein feestje in de Wicklow Mountains.

De voorlopig laatste vliegtuigvlucht zit er aan te komen, want daarna ga ik de iets meer ecologische toer op. Plannetjes worden gesmeed. Ecotripping is de volgende stap.

Slán!

17 jul 2012

Verzopen wc-dame


Het zomert in ons Belgenlandje. Met muts en dikke regenjas was een fietstocht richting Gent een kleine uitdaging, maar toch haalbaar - ik moet bekennen: op de kasseistrook (Vogelzang) voelde ik me net als een oud dametje schuddend op haar trilplaat. En op de strook met 'metershoge' modderplassen stond mijn keel enkele keren wagenwijd open om enkele kreetjes te lossen, maar geen uitschuivers. Zelfs het Beerveldse Feestpaleis stond er onderweg treurig bij. Enfin, ik weet niet of het er ooit anders uitgezien heeft.  

Lichtjes verzopen toegekomen, - was dat de reden waarom iemand me in de wc's aansprak 'en hoeveel mag dat dan zijn, dametje?' Sorry, maar ik heb nog nooit een verzopen wc-dame gezien. Enig respect voor ieders beroep alsjeblief -  maar volhardend in onze wilskracht, hebben we met een losgeslagen paraplu de Gentse binnenstad verkend. In tegenstelling tot vorige jaren konden we nu zonder moeite flaneren over de kasseitjes en andere straten waar het anders koppenlopen was. Het enige dat we moesten ontwijken waren de plassen die her en der (als uit het niets) opdoken - en enkele marginale types die al strompelend op zoek gingen naar de meest geschikte plaats om nog een pintje te scoren. Daan begon met een bijna bomvol Sint-Baafsplein voor zich, maar moest dan heel wat halve fans laten gaan. Ik had toch graag even van op het podium neergekeken op de meute paraplu's die daar werden opengeklapt en heel de avond/nacht lichtjes op en neer deinden - sommige op de maat van de muziek, andere op het ritme van de regendruppels. 

Mijn aanrader voor de komende feestavonden: de Swing Cité. Ik zou zeggen: ga zelf en ontdek mijn fascinatie. 


*
Zonet trouwens het meest absurde idee van de week tegengekomen: er bestaat zowaar een 'Actiecomité Stop het Slechte Weer'. Hoe kan het ook anders: enkele dolle Nederlanders zijn de initiatiefnemers van deze onnozelheid. Altijd al een beetje met hun hoofd in/tegen de wolken gelopen.

3 jul 2012

Onze Léon

Vier meisjes. Eén auto. U raadt het al. Met of zonder gps, in't stad of in de middle of nowhere, met of zonder payage: een vrouw blijft altijd een beetje vrouws. Verslingerd aan onze Léon, maar stilletjes vloekend bij de - in onze ogen - ontoegankelijke parkeerplaatsen. Noem het hoe je wilt, ik vind het een charme. Spanje is trouwens onmiskenbaar het land met de meeste verkeerslichten en ronde punten. Je wordt al draaierig enkel bij de aanblik ervan. Als je daar alcoholcontroles zou krijgen en het aloude zinnetje 'loop eens op de witte lijn' hoort, zou je grandioos de mist ingaan.

Kamperen blijkt altijd een beetje avontuur. Met vier als een sardien in een tent die net groot genoeg was om al onze matjes in te herbergen - ik ging eerst een opblaasluchtmatras meedoen. Gelukkig ben ik van dat plan afgestapt, anders mocht ik wellicht in de voortent slapen. Zoals een 'pientere' Hollander opmerkte: nou, nou, hebben jullie dan een stapelbed meegebracht? Grapjas. Not. We sleuren nu eenmaal (nog) geen hangende bierbuiken en kwijlende honden met ons mee in de tent.

Van Zaragoza naar Pamplona naar San Sebastian richting Zarautz, Sopelana en Bilbao. Om dan vlotjes terug te keren naar Zaragoza. Geen bosbranden in onze contreien, maar vooral in't stad konden we de hittegolf slechts trotseren door van fontein naar fontein te dartelen. In Zaragoza was het trouwens vooral het gigantische verdroogde park, helemaal gepimpt voor de WereldExpo in 2008, dat opviel door de onopvallendheid. Een verlaten eiland, snakkend naar wat nuttigheid. Na wat opzoekwerk ontdekt dat de Expo dat jaar de titel kreeg: Water and Sustainable development. Een grote oeps. Vier jaar later durf ik zeggen dat ze in dat opzet grandioos mislukt zijn. Leegstaande giga-gebouwen. Privé-zwembaden - waar wij met andere woorden geen druppel water van te zien kregen. Een soort stoeltjeslift onbeweeglijk smachtend naar wat aandacht. Een aangelegd strand met een plastieken palmboom en vijvertje, net groot genoeg om mijn dikke teen een verfrissende duik te geven. Een beetje jammerlijk.

Maar zeven dagen zee, bergen, een beetje cultuur, vrouwenklap, kampeerperikelen, Spaanse furies en onvervalste lachbuien hebben mijn batterij op groen gezet. Tijd om mijn motor aan te steken.

Vroem.



19 jun 2012

Zelfvoorzienend


Nu al de derde week op rij staat er een DROOGrek op de stoep - enfin, deze week is het er bij gaan liggen, wellicht na het hevige blaaswerk van de goden hierboven. 
Niets speciaals, zeg je.
Wel dus.
Het lijkt te gaan om een zelfvoorzienende wasmachine.
In de plaats van het rek te gebruiken waarvoor het eigenlijk ontworpen is, met name: DROGEN, staat het rek voornamelijk buiten als het REGENT.
De mensen die daar wonen zijn duidelijk van het type: wemogennietsvandenatuurverlorenlatengaan. Gelijk hebben ze. Stel dat het hier nooit meer zou regenen ... je kan het maar gehad hebben.

Ondertussen kan ik bijna officieel het reguliere studentenleventje vaarwel zeggen - ik zeg regulier omdat er nog steeds een kans bestaat op tweede zit. Studeren in augustus noem ik NIET regulier, het lijkt me zelfs een beetje illegaal. Maar liever dat nog DAN (zou Boudewijn zeggen/zingen). Nu was ik overtuigd dat ik me zou vervelen. Gewoon op mijn bed zitten en denken: nú verveel ik me. Maar het lukt niet. Misschien ligt het gewoon aan dat denken.

En zo een zelfvoorzienende wasmachine past trouwens helemaal binnen mijn denkpatroon voor hetgeen komen zal. Want nu wordt er verwacht dat je iets doet. Het zinnetje waar elke student meermaals te pas en te onpas gebruik van maakt: ik kan niet, ik moet studeren, is (bijna) onherroepelijk van mijn uitvluchtenlijstje geschrapt - ik introduceer hier dan maar meteen mijn nieuwe smoes: ik kan niet, ik moet me vervelen. 


Ik daag mezelf soms uit. Gisteren kwam er niet alleen een einde aan mijn reguliere examenperiode, ik mocht ook opnieuw, na welgeteld 42 dagen en enkele uren, chocolade eten - ik geef toe, ik heb eenmaal gezondigd. Ken je een raket? Het ijsje waarbij je ongetwijfeld niet anders kan dan aan Geubels te denken. Wel, helemaal bovenaan ligt daar soms een dun laagje chocolade over. Nu ja, ik kon dat ding toch moeilijk laten smelten? Tijd voor een nieuwe uitdaging.


To Do (1) word zelfvoorzienend.
To Do (2) verveel je zelf eerst een beetje.
To Do (3) vergeet dat vervelen, dat komt later wel - als je op pensioen gaat, of als je kind tien keer na elkaar naar Bumba wil kijken, en jij wordt gedwongen om mee te kijken. 
To Do (4) weet dat de pensioenleeftijd nog een kleine halve eeuw verderop ligt. En binnen x-aantal jaar ligt Bumba wellicht ergens begraven in de Ketnetse catacomben.



3 jun 2012

Onbesokt

Het klopt niet altijd wat ik schrijf. Ik bedoel: mijn zinsbouw is niet altijd wat het lijkt. Het is een poging tot hoogstaande literatuur, maar vaak vervalt het in het typisch studentikoze taalgebruik. Afgehakte zinnen, abrupte zinsonderbrekingen, afkortingen waar je geen bal van verstaat en dergelijke barbaarse praktijken - and me like it. De BFF's en NWLY's zijn ondertussen met uiterste precisie uitgegomd in mijn persoonlijke groene boekje, maar zwerven nog steeds rond op sociale netwerksites net zoals de onverwoestbare Zakkenman rondkuiert door de straten van Gent. Telkens opnieuw lijken ze op te duiken op de meest onvoorspelbare plaatsen - voorbije week nét een aanrijding kunnen voorkomen met de nog steeds winters ingepakte, meest bekende zwerver in het Gentse. 


Voorbije vrijdag trouwens een rondje badminton gespeeld. Kleine vergetelheid: geen kous te bespeuren in mijn met zorg volgepropte tas - niet dus. Dan maar een andere tactiek toegepast. De man aan de kassa keek een beetje raar toen ik vroeg om de verloren voorwerpen uit te pluizen op zoek naar - iet of wat draagbare - sokken, maar ging daarna lustig op zoek. Helaas. Het zouden twee 'beblijnde' voeten worden. Ware het niet dat de man toch nog een laatste oplossing achter de hand had. "Pas jij wel even op de kassa" - zei hij alsof het de doodnormaalste zaak van de wereld was. Blijkbaar is zijn vertrouwen torenhoog als het aankomt op onbesokte studentes. Glunderend kwam hij terug met een paar échte sportkousen. En ja, ze waren wit - nu ja een licht geelachtige schijn was reeds zichtbaar. De persooneelskast heeft blijkbaar meer in petto dan gedacht. Nu, op het einde van het partijtje badminton wou ik de man nog bedanken en vragen wat ik met de kousen moest doen - misschien hebben ze daar ook wel een wasmachine. Ofwel neem ik ze mee naar huis om te wassen, maar ik wist niet of zijn vertrouwen wel groot genoeg zou zijn om op mijn goedheid te rekenen. Het dilemma was echter snel achter de rug als ik een jonge kerel achter de kassa zag zitten. Ik kon toch geen bezwete, geelachtige, bijna verstorven sokken teruggeven aan iemand die niet op de hoogte was - en die er by the way ook niet onknap uitzag. Ik heb ze snel weggemoffeld met de opperste zelfvoldoening dat ik ze volgende week - zelfde plaats, zelfde tijd- proper gewassen en fris ruikend zal teruggeven aan de GVS: de Grote, Vriendelijke Sokkenman.

31 mei 2012

Zoet bloed

Waar halen ze het lef vandaan. Je denkt dan: ik waag me op vijandelijk gebied. Met mijn blote voeten, kuiten, armen en hoofd ben ik een vogel voor de kat - of 'een zoetbloedig mens voor de mug', naargelang je wilt. Maar hey, het is zo een mooie avond, een avondje Spinnekop is dan wel heel aanlokkelijk. En middeltjes tegen de muggenbulten heb ik nog niet op kot, helaas.Dus onbeschermd ben ik de jungle ingetrokken - eenmaal je de tuin der Spinnekoppen betreedt, weet je wel wat ik bedoel. Resultaat: geen beet te verkennen op alle ontblote lichaamsdelen, wel een aanslag op mijn rechterbil. Op mijn B.I.L. nota bene - of mijn 'Best Ingepakte Lichaamsdeel'. Hoe komen ze erbij. Door legging en rokje heen geprikt. De sloebers.

Kleine anekdote: ik blijk een ware vogelpikheldin te zijn. Recht in de roos.


Made by C. 

21 mei 2012

Ik sloddervos.

Ik sloddervos - zoals in: jij sloddervost, wij sloddervossen ... Maar hier gaat het vrij duidelijk om 'ik'. Niet om mijn egoïstisch trekje in het licht te zetten, wel om mezelf niet langer te doen geloven in 'de propere vos' in me. Hier bedoel ik niet enkel het zichtbare - al zal dat zeker ook een rol spelen (terwijl ik hier lustig zit te typen, heb ik net trouwens verschillende confituurvlekken ontdekt op mijn net gewassen rokje. Bummer.). Ik betrap mezelf voortdurend op het feit dat er onmogelijk veel 'todo-lijstjes' rondzwerven in mijn hoofd. Want hey, ik ben student - het bewijs is hier naast mij zichtbaar op mijn bureau. Een ogenschijnlijke hoop wegwerppapier, die doorgaat voor mijn cursus. En als student ben je vrij, heb je veel tijd, ben je nog jong, kan je de wereld aan en blablabla.

Het wordt tijd dat ik student-af ben, denk ik. Ik wil blijven steken in de fase tussen het student-zijn en het burgerlijke leventje van de serieuze werkmens - ook al zit ik nog niet in die fase, je weet wel, ik krijg toch stilletjes aan die drang naar meer. Ik geef mezelf een jaar. Een jaar lang om enkele van mijn dromen te vervullen. Grotere en kleinere projecten zitten in dat hoofd van me. Ik wil de wereld zien. Niet zomaar reizen om te reizen, wel met een doel. En die doelen krijgen stilaan vorm. Maar dus, die ordening, daar moet nog een beetje aan gewerkt worden - lopen is voor mij voorlopig het ideale 'ordeningsmoment'. Het blijkt de perfecte manier om anderhalf uur met mezelf in debat te gaan. Je moet me dan best niet te hard gadeslaan. Mijn gezichtsuitdrukkingen zullen misschien te veel verraden. 


Zoals, lang geleden, vermeld: mijn lijstje van dingendieikvoormijnvijfentwintigstewildoen krijgt stilaan vorm. Ik verklap niet alles, maar enkele voorproefjes wil ik jullie niet onthouden


Ik wil graag: 

- de marathon van mijn leven lopen in minder dan vier uurtjes. 
- als freelancejournalist mijn boterham verdienen, al is het maar voor eventjes. 
- een fietstripje maken buiten België met de tent, de slaapzak en andere noodzakelijke benodigdheden. 
- een trektocht maken in een land als Nepal, of in een ander Aziatisch land. 
- een nieuwe sport ontdekken. Surfen, yoga, rugby ... laat maar komen. 
- de Borinage bezoeken. 
- zelf lasagne maken - ik ben niet zo een kooktalent, moet je weten. 
- een boek schrijven. 
- ... 

Ambitieus zeg je? Nee hoor. Dan zou je de rest van mijn lijstje moeten zien. Ik heb wel een klein vermoeden dat 25 jaar dichterbij is dan gedacht. Maar goed, de lat hoog leggen, wordt me wel eens gezegd.

Bij deze.

16 mei 2012

Muts met blote tenen

Muts met blote tenen.

Het klinkt als een culinair topgerechtje. 
Het ziet er uit als een onvervalste paradox. 
Het voelt als een allesoverheersende lichaamsrilling. 
Het ruikt naar onraad. 
Het smaakt als warm ijs. 


Het blijkt de perfecte afspiegeling van mijn trotsering van het Belgische weertje. 

Stel je er ook nog een rode regencape bij voor, en je weet hoe ik gisteren geprobeerd heb de Ledebergse tramsporen te ontwijken, op zoek naar eten in de - bekend van Aanrijding in Moscou - Colruyt.

Ziezo, nu heb ik het ook aangedurfd om het meest besproken onderwerp in ons Belgenlandje aan te snijden. Het weer, begot.


11 mei 2012

Kopiekot

Eindelijk. Het moment van opperste verlossing. Opluchting. Tijd om het kopiekot op te zoeken. Want je denkt: het is zover, ik ben er helemaal klaar voor. Nog enkel die formaliteit afronden en dan kan ik weer een beetje ademhalen. Formaliteiten zijn peanuts. Slechts een kwartiertje werk. Nee, zolang niet. Dat was buiten de stagiaire gerekend. Niets tegen stagiaires. Ze was zelfs vriendelijker dan de norse Ledebergs sprekende kassadame die haar portie cafeïne in de ochtend duidelijk nog niet goed weet in te schatten.

De stagiaire leverde goed werk, gewoon een beetje traag. Misschien lagen mijn eisen te hoog. Hoewel die in mijn ogen best meevielen.

"Ik wil heel graag mijn thesis laten afdrukken. Het zijn ongeveer 320 pagina's, enfin, de vier versies samengeteld uiteraard. Zwart-wit en recto-verso graag. Ik denk aan het milieu, zie je. Ohja, op de site zag ik dat het met een studentenkaart goedkoper is. Die heb ik. En doen jullie ook aan inbinden? Zo ja, ringetjes of lijmen? Nee, ik wil geen 'plastiekjes' aan de voor-en achterkant (milieumilieumilieu). Geef maar een iets dikker blad, ja graag. Doe maar lijmen. Of nee, geef ringetjes, dat is gemakkelijker voor de lezers - puntjes scoren bij mijn promotor, niet waar. Misschien moet ik de eerste pagina toch niet recto-verso doen. Doe het vanaf pagina 2. Oeps, ik denk dat het papier van de printer leeg is. Oh en de inkt lijkt me ook niet meer zo zuiver. Hoeveel zou het ongeveer kosten in het totaal? Kan ik met de bankkaart betalen? Toch nog even nakijken, je weet nooit. Dank je wel." 

Moeilijke klant, zeg je? Nee hoor. Ik vond het best sterk van mezelf. Ik wil het gewoon milieubewust doen. En liefst nog goedkoop als het kan en het oog wil ook wat natuurlijk. Ik blijf een student. Nu ja, nog even dan. Mijn twee favoriete thesisnummers passeerden de revue in het uur dat ik lustig met mijn vingers draaide, wachtend op de ultieme 'oplevering'. We are young - Fun ft. Janelle Monáe en Little Talks - Of Monsters and Men. Bijgelovig ben ik niet. Misschien goedgelovig, een tikkeltje naïef.

Het voorwoord van mijn thesis spreekt boekdelen.

"Een masterproef schrijven vraagt net dat tikkeltje extra van een student. Er zijn dagen van opperste concentratie waarop alles heel vlot lukt en waarbij je denkt: ik red het wel. Maar dan zijn er van die ontelbare momenten dat je snakt naar nieuwe inzichten, dat je hopeloos op zoek bent naar het juiste woord, dat je een belangrijk document bent kwijtgeraakt in het oneindige doolhof, ook wel 'computer' genoemd en dat je, hoe hard je ook probeert, het bos doorheen de bomen niet meer ziet. En het zijn net die momenten waarop ik de steun van verschillende mensen rondom mij heel hard gevoeld heb." 


Amen en uit

5 mei 2012

Proef van de master

"I'm a bird I'm a bird I'm a flirt: someone's gonna shoot me down ... "
Het gaat goed met me. Echt. Ik ben een liedjesverkrachter pur sang. Het blijft een beetje traditie om - zonder mijn kennis van het Engels te onderschatten - liedjesteksten een eigen sound te geven. Songteksten zijn volgens mij zwaar overrated. En dat bird-gedoe is best toepasselijk. Fladderend baan ik me een weg over een straat waar geen einde lijkt aan te komen: de eindeloze viervaksautostrade genaamd MASTERPROEF. De proef van een master - alias ikzelf, zo blijkt, of toch in de nabije toekomst (fronsende wenkbrauwen). 


Ook die shoot me down zou ik soms wel kunnen gebruiken. Al die zwevende theoretische academici zouden hun hoofd soms beter wat lager tegen de grond houden. Met hun moeilijke woordenschat voel ik mijn bloed vaak opstijgen tot in het diepste van mijn gespleten haarpunten - opstijgen als zijnde: dat mijn haar soms een ontplofte vogelsnest is. Ik ging vandaag nog eens bij mevrouw de kapper. Maar telkens als ik mezelf zover gekregen heb, blijk ik een good hairday te hebben. 


Vraag me niet hoe ik bij die flirt terecht komt. Bird rijmt op Flirt. Gelieve geen verdere associaties te maken. Soms moet een mens even de nodige zelfkennis vergaren vooraleer zoiets te beseffen.

Nu vraag je, je af waarom ik Astrid Bryan-gewijs zoveel Engelse termen in mijn tekstje prop. Het is om mezelf te overtuigen dat zoiets 'werkt', dat zoiets opvalt. Het is een beetje zoals Latijnse spreuken gebruiken in je dagelijkse spreektaal. Zoals onlangs onze gerenommeerde - zie je, soms kan ik echt wel moeilijke woorden gebruiken. Terwijl ik evengoed het woord 'berucht' hier had kunnen plaatsen, maar nee, soms moet je hard zijn - professor Coolsaet nog heel mooi verwoordde: "Wanneer iemand regelmatig Latijn gebruikt in zijn normale spreektaal, terwijl het net zo goed in het Nederlands (of gelijk welke andere taal) kan, dan heeft die persoon iets te verbergen." 


Eat this, BDW - en alweer een flagrante fout van mezelf: een mens op dieet mag je nooit uitdagen met zulke uitspraken. Hij zou wel eens de daad bij het woord kunnen voegen.

23 apr 2012

Witte kip op stok

Goed bezig. Wat een topper. BDW zwetend op de voorpagina van de meest gelezen krant van België, HLN. Hoera aan de democratie. Want als je even nadenkt - soms durf ik mij daar aan te wagen - is BDW de meest populaire politicus van ons land. Een plekje op de voorpagina van de meest gelezen krant is daarmee dan ook een 'verdienste' of eerder een 'symfonische onoverkomelijkheid' waar hij zich maar al te graag aan blootstelt - al mag ik hopen dat Lieve Blancquaert en Annemie Struyf hem nooit voor hun 'naaktlens' opeisen.

En: verrassing oh verrassing. BDW gaat de Antwerpse burgemeesterssjerp achternalopen - na zijn 'prestatie' in de Ten Miles kan dit geen probleem  meer zijnAls elke zichzelf respecterende journalist of ander politiek beest even de link gelegd had: maandenlang een eindeloos gezanik in de boekjes en gazetten over het wonder der wonderen: BDW op dieet. BDW doet mee aan de Ten Miles. De Ten Miles vinden toeval oh toeval plaats in 't Stad. De dag ervoor geeft hij een persconferentie. Wordt het een ja of een neen. Niets weerhoudt mij ervan te zeggen: dit lag er vingerdik op.

Genoeg sluikreclame.

Een onweerstaanbare drang naar nieuw avontuur houdt me de laatste tijd meer bezig dan binnenlandse politieke ergernisjes. Hoe kan het ook anders. Het lijkt in mijn hoofd soms nog een onbereikbare eindigheid. Maar binnenkort staat afstuderen toch op mijn agenda. Thesisperikelen hielden met de voorbije maanden nog even met beide voetjes op Belgische bodem, maar zonder zeveren - let op de mooie alliteratie - hebben mijn voeten nood aan andere ondergrond.

Ook mijn hoofd schreeuwt om nieuwe horizonten. Wetenschappelijk schrijver zal ik wellicht nooit worden - hierbij moet je je een grote zucht van opluchting inbeelden. De grootste moeite blijk ik te hebben om mijn thesis niet als een mooi verhaaltje neer te schrijven. Maar ikmoetnogevendoenalsofikdegrootstetheorethischewijsheidinmemeesleep. Met andere woorden: verhaaltjes neerpennen op dat Wittekipopkotblog van me en mijn grote wetenschappelijke inzichten bijhouden voor dat andere grote verhaal van me, juist, mijn masterproef. Trouwens, binnenkort zullen de woordjes 'op kot' moeten verdwijnen uit de naam van deze webpagina. Onlangs nog een mooi alternatief gehoord: witte kip op stok. Het toont een beetje mijn allergie voor volwassenheid. Drieëntwintig jaar is nochtans mijlenver verwijderd van de dertig. Rilling. 


Goeie grutten. Wegens een vergetelheid van jewelste - dat krijg je wanneer je maanden aan een stuk schrijft over 'vergeten crisissen', soms word je er zelf één - moet ik morgen de Blaarmeerse heuvels verkennen met versleten springschoenen. Benieuwd of ik de top haal. Anders ga ik schapen hoeden. Sinds kort kom ik geregeld een schaap tegen op m'n looptochtjes. Herder(shond) is zowaar het mooiste beroep ter wereld.

Ik dank jullie om enkele hersenkronkels van mezelf te ontcijferen. Soms is daar een beetje flexibiliteit voor nodig. Respect.

22 mrt 2012

Brusselse adoratie

Slalommend tussen zwarte en grijsachtige gekostumeerde mensen heb ik me een weg gebaand richting het Europese summum, de Europese wijk. Gelegen in de meest bloeiende hoofdstad van België, vaak verward met de naam van het land zelf, u kon het al raden: Brussel.

Kleine noot aan mezelf: had ik dan toch beter mijn bloemenkleedje in de kast laten hangen? Het is me een raadsel wat er mis is met fleurige kleding, maar het lijkt een taboe om als zakelijk persoon een al te kleurrijke indruk te maken.

Ik kan nu beweren dat Brussel me niet boeit, dat mijn afkeer hoger zit dan mijn adoratie. Dat zou echter een grove leugen zijn. Mezelf laten onderdompelen in een mengelmoes van talen en culturen is eindeloos verrijkend. Mijn geest is er bijna klaar voor, mijn hart slaat bijna dubbel als ik die kantoorgebouwen binnenstap. Werken in het middelpunt van de storm: heerlijk lijkt het me.

Boven alles blijken die kostuumsvesten best nog aardige persoonlijkheden te bevatten - meer bepaald: mensen met dezelfde kwaaltjes als u en ik. Een loopneus zonder scrupules,

Moet ik er een tekeningetje bij maken hoe ik aan de andere kant van de tafel plots een druppeltje neusvocht zag neerdalen op het frisgewassen kostuumvestje?

een ladder van jewelste die opduikt net onder de rand van het gesofisticeerde - grijze - rokje en het onvermijdelijke nervositeitsticje dat telkens weer opdaagt wanneer de eigen organisatie een tikkeltje te kritisch onder de loep genomen wordt. Mijn 'comebackinterview' was er niet eentje om in te kaderen, maar past wel in het schuifje van 'typisch modaal interview'. Een tikkeltje saai, vooral gericht op het ontfutselen van de nodige informatie en hier en daar een sappige quote.

Mission accomplished.

Tweede noot aan mezelf: de 20 kilometer van Brussel komt eraan, tijd om een statement te maken.
Derde noot: na de interessante 'GO strange' infosessie wordt het tijd om in actie te schieten. Bij deze: Europa, u weze gewaarschuwd.

Laatste noot: walnoot. Grapjas.

9 mrt 2012

Engagement

En-ga-ge-ment

Gespeld en geschreven. Zo lijkt het helemaal niet zo bedreigend als de manier waarop het nu door mijn hoofd spookt. Het 'waarom' achter mijn deelname aan de BTC-cursus blijkt moeilijker te verwoorden dan gedacht. Een manier om het te interpreteren is een betekenis te zoeken achter elke lettergreep van het woord. Dan kom ik terecht bij de vraag: En, ga gij niet mee met mij? Ja graag! Een ruime interpretatie uiteraard. Maar ik wil wel mee duiken op de stroom van ontwikkelingssamenwerking (OS).

Toch blijft dat zesletterwoord mijn hersens tergen: w-a-a-r-o-m. Ik probeer dan heel eerlijk mijn visie te verwoorden. In die zin dat ik nog geen concreet beeld gevormd heb. Misschien klinkt het wat tegenstrijdig, maar hoe meer ik te weten kom over het begrip OS (mijn luiheid in verband met het uittypen van dit woord komt bovendrijven - niet omdat ik het niet de moeite vind, wel omdat er nu eenmaal regeltjes zijn waaraan ik me af en toe wil binden. In afkortingen ben ik een held. Hoera!), hoe meer mijn brein lijkt tilt te slaan. Naast mij ligt hier een blad waarop ik een poging heb ondernomen mijn idee over OS op te schrijven. Geen goed plan, me dunkt. Het kan een richtlijn zijn. Maar mijn gevoel zegt me dat het beter is om straks gewoon (h)eerlijk de momentopname te laten afspelen. Geen voorgekauwde kwezeltoestanden.

Een ding dat ik wel kwijt wil. Die S in OS is voor mij waar het rond draait. Een beetje nederigheid kan geen kwaad. Dat overlevingsmechanisme blijft een primaire factor voor mij.


Ondertussen is mijn lasagne wak geworden. Lang leve de microgolfoven. Of hoe pietluttigheden ook een effect hebben op mijn gemoedstoestand.

23 jan 2012

Jellyfishsyndroom

Wat was het ook alweer waar ik me zo aan ergerde tijdens mijn Watersportbaantoertjes? Juist ja, die kuddedieren. Waar heb ik me daarnet (alweer) schuldig aan gemaakt ... u kan het best raden, neem ik aan. Een kleine bekentenis van mezelf: ik vind het heerlijk. Uiteraard was de Watersportbaan slechts een uitlopertje na een resem 'Leiepaadjes' en (on)bekende steegjes.

Na meer dan 40 dagen quarantaine was mijn hersenpan letterlijk leeggeroofd. In tijden van kommer en kwel vond ik het dan ook best geestig om me af en toe als een kuddedier te gedragen. Ondertussen zijn die dagen uiteraard al een enkele weken voorbij. Niettemin moet ik af en toe nog vol heimwee terugdenken aan de kleine dinges des levens waar ik me toen volop heb aan vastgeklamd. Een kleine selectie:

Een uitstapje naar 't Zuid bracht me meteen tot de essentie van het geloof: gratis bijbels voor de mensheid. Begrijpen wie begrijpen kan. Het leek wel een fundamentalistische sekte die daar een poging deed om communiezieltjes naar hun hand te zetten. Helaas, minder succes dan de daklozenkrant die enkele meters verder verkocht werd.

Een kleine stroompanne zorgde voor een lichte paniekstemming in de Kareldestoutestraat. In het appartement aan de overkant van de straat kwamen de iets oudere bewoners spontaan hun balkon op gerend om de - onschuldige - Telenetman te voorzien van boegeroep. Hoera aan onze elektriciteitsafhankelijkheid.


Een fikse staptocht in de Vlaamse Ardennen bracht me terug tot de essentie: zon, oorverwarmers en babbelgelegenheid (een echt moeder-dochter moment). Dat laatste zorgde er trouwens voor dat onze tocht een klein verlengstuk kreeg: door onoplettendheid enkele paaltjes gemist. Misschien is kaartlezen dan toch meer mijn ding - zie Schwarzsee.



En niet te vergeten: mijn dagelijkse fristimoment.



Amen




Mijn agenda (klinkt mooi, maar is meer schijn dan werkelijkheid. Mijn hoofd is mijn dagelijkse agenda ... met de nodige storingen tot gevolg) is sinds het einde van de examens mijn absolute redding geweest. Met Bredene, het vastgevroren Donkmeer te Berlare en Molenbeek - enkele Belgische kleppers van formaat - als topbestemmingen. Van een Kazouiaanse instroom schaatste ik feilloos naar een ruimere visie over ontwikkelingssamenwerking - nota bene in Molenbeek. Een statement dat kan tellen.


Een ding weet ik zeker: ik heb zin in een nieuwe cultuur. Zin in grote, kleine dingen. Zin in bergschoenen. Zin in weerzin. Zin in morgen. Maar vooral zin in nu. Want nu, is niet gelijk aan 'nu'. Snap je?


Ziezo, ik kan bijna mijn eigen bijbel schrijven. Met de titel: het Jellyfishsyndroom


Be prepared

10 jan 2012

Lieve baby

Lieve baby aan de andere kant van de muur,

Ik begrijp dat het moeilijk was om er aan te weerstaan.
Die vreugdekreetjes waren vast en zeker terecht.
Laat het me even heel duidelijk stellen:
Mijn felicitaties met wat je ook in je jonge carrière gepresteerd hebt.
Ik gok op de eerste stapjes.

Maar kan je alsjeblieft je ouders een spoedcursus cadeau doen: 'hoe hou ik mijn onstuimig ouderschap onder controle?' De 'waaaaawtjes' 'bravo'tjes' en de 'ja..ja..jaaaa' waren wellicht alleen maar aanmoedigend bedoeld. Doch, ik kon het niet laten om me daar ook een levendig tafereeltje bij voor te stellen: de papa en de mama op de knieën, kinderlijke geluidjes aan het produceren, terwijl jij, hen recht in de ogen kijkend, in een moment van pure ontlading, dat eerste onevenwichtige voetje voor het andere plaatst, om dan brullend neer te ploffen op die billetjes omringd door de zachte textuur van pamperstof...


Bij deze was mijn focus helemaal losgeslagen.
Met flarden van het Mobutu-tijdperk in mijn hoofd, vormde ik me een beeld van de baby in een luipaardpakje, blik op oneindig, met een uitdagend attitude hoog uittorenend met het typische hoedje op het veel te grote babyhoofd.

Whatever.

Het is toch niet mijn schuld dat het net deze avond 'D-day' (De Driehonderdvijvenzestigste-poging-om-onze-kleine-deftige-grotemensen-manieren-aan-te-leren-Dag) is? Ik noem het een 'fend-for-yourself-attitude'. Een verschijnsel dat tijdens het Mobutisme wijdverspreid was.

Ik begin onnozelheden te kwaken. Bij deze hou ik wijselijk mijn mond (lees: ik stop met onzin te typen).

9 jan 2012

Quarantaine

In quarantaine.
Of toch zo goed als.
Nu ja, ik doe een poging, ok?

Toch doet het geen deugd aan mijn groeiende hersenbrokkels. Of het is maar hoe je het bekijkt. Ik kamp met een vergevorderde staat van het 'licht-in-het-hoofd-syndroom', zonder enige voorkennis weliswaar. Nee, studeren doet heel wat meer met mij dan alcoholbroebels. Zonder problemen zou ik nu het podium met - mijn kleine, kale komedieheld - Philippe Geubbels willen delen. Op vlak van droge-worsten-humor kan ik hem ruimschoots de mond snoeren (dat is precies de reden waarom ik dat dus NIET zal doen).

Afleiding is er in alle mogelijke vormen. En toch gaat het me lukken er aan te weerstaan. Zomaar. Zonder dat ik daarvoor moeite moet doen.

Alhoewel.

1 jan 2012

Ik neem niet meer voor

Rollende tongen, swingende lijven, ontspruitende hartkloppingen, glimmende voorhoofden, druipnatte muren, ... het plaatselijke stamcafé heeft voorbije nacht alweer alles uit de jukebox gehaald.

Trouwens, één ding heb ik me dit jaar voorgenomen: ik neem niet meer voor. Ik laat mijn hoofd niet meer op hol brengen door onvervalste dwangmaatregelen. Een nieuw jaar, een nieuw avontuur. Cliché. Waarom zou ik wachten op een vuurpijlknal om in mijn hoofd plaats te maken voor nieuwigheden? Dat hoofdgedoe maakt elke dag wel weer een nieuwe sprong. Uitdagingen voor 2012 zijn alvast wel opgeslagen in mijn hersenpan. De eerste zal niet lang meer op zich laten wachten: het kopen van schoenen. 'Een stukske cake' ( alias 'a piece of cake' voor de niet-verstaanders) zou je zeggen? In mijn geval durf ik eerlijk toegeven dat het een zwaar karweitje zal worden.

1) Net op nieuwjaarsavond ontdekt dat mijn zool het dit keer wel echt begeven had. Geen smoesjes meer. Zelfs secondelijm leek een negatief effect te hebben op de standvastigheid van mijn botjes. Domper.

2) Bergschoenen. Om dit jaar een opeenstapeling van ongekende hoogtes te verzamelen. En om mijn 'klimstatus' een beetje op te krikken. Voorlopig beneemt de fameuze Gentse skiberg nog steeds mijn adem bij een poging tot boven te rennen.


3) Dan maar meteen ook beginnen uitkijken naar een nieuw paar loopschoenen. Kwestie van mijn avontuur na de marathon onverminderd voort te zetten. In augustus moeten vooral de Hoge Venen uitkijken voor mijn (hopelijk) oneindig enthousiasme.

Zonder verpinken heb ik ondertussen ook moeten toegeven dat dansen me toch nog steeds blijft boeien. Heerlijk om iedereen in volle glorie uit het dak te zien gaan en om op te merken dat iedereen zijn eigen dansstijl blijft heruitvinden. Van wandelende takken tot duikende kwartels. Van plakkers tot losbollen. Van grave hoofdknikkers tot schoenstaarders.

Tot slot krijgt Gers Pardoel nu al een Gouden Muzieknoot van me voor zijn onweerstaanbare melodietje.