30 nov 2010

Ontplofte sneeuwbal

Een winterjas zoeken, is niet meteen de bezigheid waar ik buitengewoon opgewonden van word. Gisteren ging ik voor de eerste keer vol goede moed op 'winterjasjacht'. Aangezien de temperaturen op dit moment al flink aan het kelderen zijn, moest het dus een lekker warme, toch mooie jas worden.
Blijkbaar lagen mijn eisen iets te hoog... De eerste mooie jas die ik vond, bestond uit niets meer dan een dun lapje stof. Een geweldige kap, maar daar ben ik uiteraard niets mee als al de rest het koud heeft. Het volgende exemplaar zag er heel leuk uit, tot ik me er in wurmde. Een lekker warm wollaagje vanbinnen, maar vanbuiten zag ik er uit als een ontplofte sneeuwbal, om het met een krachtige vergelijking te zeggen. Daarna gaf ik het op. Morgen waag ik me aan een nieuwe poging.

Gek hoe Gent zoveel verschillende gezichten heeft. De stad is op dit moment bedekt met een dun sneeuwlaagje en het geeft meteen een ander beeld. Met uiterste waakzaamheid zie je elke voetganger, elke fietser en elke autobestuurder zich een weg banen over de met ijzel bedekte weg. Zelf durfde ik vanmorgen mijn fiets niet uit te laten. Het leek me een te riskante onderneming.

Morgen zou de gevoelstemperatuur wel eens tot - 20 graden durven zakken volgens een betrouwbare bron. Het liefst van al zou ik me dan willen opsluiten op mijn kot, weggedoken in mijn zetel met een warm dekentje rond mij en een heerlijk kopje thee. Jammer genoeg moet ik mijn kot uit om een paper in te dienen en om even van de les te genieten. Hoera.

Morgen ga ik trouwens nog eens genieten van het uitzicht van op de tiende verdieping van het Ateveldegebouw op de Kantienberg. Een echte aanrader als je houdt van hoogtes en spectaculaire Gent-beelden.

Slaapzacht koude tenen van me.

22 nov 2010

Maandagochtendhumeur

Maandagochtend. Na een vermoeiend weekend voel ik het lood in mijn benen zakken wanneer ik om acht uur de wekker hoor jammeren.

En niet alleen bij mij lijkt dat gevoel te overheersen. Wanneer ik mijn ('gepimpte') fiets opspring, hangt het maandagochtendhumeur in de lucht. Zelfs de werkmannen op de hoek van de straat hebben deze keer geen zin om een fluitconcert te houden. Ook zij hebben last van slaperige oogjes. Onderweg naar de Sterre zie ik enkel opgejaagde 'gsm-ende' mensen in hun auto zitten. Zelfs de rode lichten lijken het vandaag op mij gemunt te hebben. Wat een contrast met vrijdagmiddag. Wanneer ik mijn tocht naar het station inzette, zag en hoorde ik vrolijke mensen. Een studente die in volle borst meezong met haar Ipod, een mama die samen met haar kindje de nieuwste Samsonhit meemompelde en een jogger die een carrière als zanger duidelijk zag zitten, helaas.

Na de eerste les van de week trap ik met volle snelheid mijn fiets naar de Colruyt in Ledeberg. Spontaan doet de parking me altijd denken aan Barbara Sarafian die een scheldsalvo afsteekt tegen een vrachtwagenchauffeur in de film 'Aanrijding in Moscou', een geweldige film trouwens. Mijn wekelijkse uitstap naar de supermarkt voelt al een beetje als routine. Met een onhandige kar wring ik me door elke rij heen om toch maar zo snel mogelijk alle nodige ingrediënten voor de komende week te bemachtigen. Wanneer me dat uiteindelijk lukt en ik aan de kassa sta, zie ik voor me een lustige kleuter een pakje chips naar binnenwerken. Even later krijgt hij ook nog een lolly in zijn mond gedropt. Gek, welke winkelgewoontes sommige mensen er op nahouden.

18 nov 2010

Housewife

Met 'Housewife' van Daan op de achtergrond lukt het altijd iets beter om me vol overgave te storten op het schoolwerk dat zich stelselmatig opstapelt. (Al moet ik zeggen dat ik toch al de zwaarste brok onder handen genomen heb, met name Politicologie ... een spontane huivering ontsnapt me bij het typen van het onheilspellende woord.)

Rond half vijf viel er gisterenavond al een lichte duisternis te bespeuren boven het Gentse. De winter probeert stilaan het heft in eigen handen te nemen. Aan de ene kant geniet ik van het knusse gevoel, de kerstsfeer die binnenkort weer zal bovendrijven. Gent straalt dan een heleboel gezelligheid uit. Jammer genoeg zal het 'MusicForLife - huis' dit jaar niet te vinden zijn op het Woodrow Wilsonplein. Dat zorgde twee jaar lang voor een extra boost tijdens de blok.
Aan de andere kant is de winter soms heel gemeen. Met dikke wanten nog steeds verkleumde vingers hebben, de bende toeristen die geen centimeter wijken wanneer je zelf een weg probeert te zoeken op weg naar een nuttige bezigheid, zoals in de les aanwezig zijn. Sneeuw en ijs vind ik een paradijs, maar ik moet nu al slikken als ik eraan denk hoe in godsnaam ik zonder de zotste toeren uit te halen, aan de Sterre zal geraken.

Ondertussen rijd ik rond in Gent met mijn mama's vervangfiets. Een verademing als je weet dat deze banden tenminste hard staan en de remmen werken. Elke berg durf ik aan. Gisterenavond heb ik me nog een weg gebaand door de overpoort toen ik terugkeerde van een knotsgek avondje samenzijn met vriendinnen. Van waar die massa uitgaanders blijft komen, ik weet het niet. Enfin, ik was maar al te blij dat ik op een snelle fiets zat, toen een jongen al roepend me probeerde duidelijk te maken dat hij wel graag een ritje op mijn fiets wou maken.

Straks is het alweer weekend. Week acht is bijna voorbij. Je kan niet geloven hoe snel de dagen voorbij gaan. Ik heb een dubbel gevoel wanneer ik vooruitblik. Ik kijk uit naar dat kerstgevoel, maar de uurtjes die ik zal slijten achter mijn bureau en in de Boekentoren, dat verdring ik nog een beetje. Al moet ik stiekem toegeven, dat ik ook kan genieten van die bloksfeer ... heel af en toe toch.

En Daan blijft gaan.

16 nov 2010

Dag van de Dynastie

Hij heeft het begeven. Het moest er eens van komen. Na een dagje studeren in de bib op 't Zuid, droop de ontgoocheling van me af toen ik merkte dat mijn achterwiel een wel heel raar geluid verspreidde. Niet het gewone rammelbaklawaai, wel een laatste poging tot ademhalen. Nog enkele meters sleepte ik me verder, maar veel beweging kreeg ik er niet in. Nu zit ik hier, een beetje verloren. Geen fiets in Gent vind ik nog steeds een enorme handicap. Het enige voordeel nu, is dat ik af en toe wel iets meer kan genieten van het uitzicht dat de stad te bieden heeft.

Vanmorgen zette ik vol goede moed pas richting Ufo, waar ik een drietal uur kon genieten van een leerlinggefrustreerde prof politicologie. Op mijn heentocht passeerde ik het vernieuwde Kinepoliscomplex. Niet het gebouw trok me aan, wel de oase van groen aan de overkant. De 'Muinkschelde', zoals google maps me influistert. Als je enkel naar het stille water kijkt en het groen dat het omringt, lijkt het wel alsof je ergens in een landelijk dorp zwerft. Tot je even naar boven kijkt en je oren openzet. De ene bouwkraan overtreft de andere. En de bouwmannen op het dak van het nieuwe 'studentenhomescomplex' kennen geen schaamte. Luidkeels roepen ze elk vrouwelijk uitziend wezen toe. Gent blijft toch altijd een stad van uitersten.

Gisterenavond samen met een kleine bende vrienden de wekelijkse quiz in de Confrater meegemaakt. Eerst stonden we voor een gesloten deur en vreesden we dat ook de cafeetjes gebruik maakten van het excuus, 'het is Dag van de Dynastie', om er even tussenuit te knijpen. Gelukkig gingen de jongens nog een kijkje nemen en hoorden we dat er wel degelijk gequizt zou worden. Vol 'goesting' zijn we er in gevlogen en werden we mooi vijfdes. Een middenmoot onder de andere deelnemers. Vooral de anagrammenronde zorgde voor de nodige hoofdbrekers. Toen we uiteindelijk Antonio Banderas op het blad kliederden, kregen alle kronkels in ons hoofd een plaatsje.

Ondertussen meet ik de schade op. Net iets te uitbundig omgesprongen bij het afgieten van de pasta. Naast rondvliegende macaroni's kreeg mijn hand ook een heet deksel te verduren. Gelukkig nog geen brandblaasjes te bespeuren.

Gegroet!

8 nov 2010

Wrak

Terwijl mijn verse brokkensoep pruttelt op het vuur - jawel, een gezonde kotstudent - laat ik mijn ogen over mijn 'vernieuwde' kot glijden. M'n zetel maakt het plaatje compleet. Ook de poster aan de muur en de foto's overal verspreid, geven me dat heerlijke thuisgevoel. Om het verder nog een beetje op te smukken, ga ik komende weken enkele rommelmarktjes en kringwinkels afschuimen. Vooral de rommelmarkt op Sint-Jacobs op vrijdagochtend geniet mijn voorkeur. Maar het vergt wel enige moed om mijn wrak (alias fiets) op te springen en daarheen te rijden. Nochtans heb ik 'de bergen van Gent' al meerdere keren onder mijn wielen zien voorbijhobbelen. En wanneer ik de kasseistrook van mijn straat bedwing, lijkt het wel alsof ik opnieuw in een gammel busje over de Surinaamse weggetjes kruip.

Vanmorgen zat ik met slaperige ogen te ontbijten, toen plots het geneurie van een kotgenote mijn kamer vulde. Mijn kot was vroeger de giga-garage van het studentengebouw. Nu blijft er slechts een kleine ruimte over waarin er net zes fietsen passen. (Ik ben nummer zeven...geen plaats voor mijn wrak ) Mijn studio is echter zo ingericht dat er een kleine mezzanine is boven dat fietsenhok. En daar slaap ik. Slechts gescheiden door een dunne muur, hoor ik met andere woorden alles wat er in dat hok gebeurt. Toen die bewuste studente dus met haar Ipod meezong, was ze zich van geen kwaad bewust. Gelukkig was er ook geen sprake van kwaad opzet. Wel een moment van innerlijke pret, bij mij weliswaar.

6 nov 2010

Gent op zaterdag

Deze middag met mijn papa Ikea verkend. Slechts een kwartier hebben we nodig gehad om heel de showroom te doorkruisen. Geen onnodige haltes: in één 'rechte' lijn vooruit.
De zetels heel snel bekeken en tot een besluit gekomen. Een grijs zetelbed heeft de keuring doorstaan. Zonder morren de weg naar het magazijn gevonden en met een groot bruin pak toegekomen aan mijn kot.
Opnieuw een race tegen de tijd. Armleuning hier, ruggensteun check ... klaar. Mijn kot krijgt eindelijk dat 'cosy' gevoel waarnaar ik al een tijdje op zoek was.

Ondertussen ook tot het besluit gekomen dat de Blaarmeersen toch een looptochtje waard zijn. Al meerdere keren spookte het door mijn hoofd om op m'n fiets daarheen te rijden, een 'rondje' te rennen en dan terug te keren.Telkens hield de gedachte aan tijdverspilling me bezig. Nu we er echter voorbij reden en de vele zaterdagse joggers zagen, lijkt het me geweldig om bij de grote familie van Watersportbaanjoggers te horen. Ik vraag me trouwens af hoe het met de Gentse marathonman gaat. Misschien wel tijd om deze week ook effectief de daad bij het woord te voegen.

Vandaag ook dé karikatuur van de Gentse 'sociale probleemgevallen' gezien. Een sigaret in z'n mond, T-shirt maatje small (terwijl hij duidelijk enkele X-en voor zijn L mocht schrijven), een bouwvakkersreet om u tegen te zeggen en een zus/vriendin/mede 'sociaal probleemgeval' dat door het raampje kroop om haar hond/'vlooi' uit te laten. Mocht ik een foto getrokken hebben, zou ik misschien wel de Pullitzerprijs kunnen winnen. De ideeën voor een reportage stroomden rijkelijk onder mijn kruin. Zou ik het puur journalistieke dan zo hard missen?

Ik voel me nu wel schuldig over het gebruik van de term 'sociale probleemgevallen'. Toch denk ik dat de aandacht daarnaartoe in Gent en andere grote steden serieus moet aangewakkerd worden. De armtierige woonomstandigheden liegen er niet om ... maar bij wie ligt de fout? Voor mij een onbeantwoorde vraag. Toch eens denken over een reportage dan.

4 nov 2010

Ochtendlijk looptochtje

Net een ochtendlijke looptocht achter de rug. Drie jaar lang was ik jaloers op kotstudenten die zomaar hun deur uitstapten om Gent al lopend te ontdekken. Gewoon al het idee om in een stad als deze te mogen lopen, leek me geweldig. En nu ik ook effectief met mijn looppassen door de straten dwaal, lijkt Gent plots nog veel meer in petto te hebben.

Van het Muinkpark tot het Zuidpark. Van het Van Eyck zwembad tot vlak naast de afrit van de E17 en aan de Visserij. Een route waar ik niets anders kan dan mijn ogen opentrekken. Vandaag ontdekte ik het Van Daal huis, gebouwd in 1908, Met uitzicht op de Leie. Ook de woonboten geven een ander gezicht aan Gent. Overwoekerde brievenbussen geven aan waar de ene boot eindigt en de andere begint. Hier en daar nog overblijfselen van 'een poging tot het bijhouden van een tuintje'. Toch valt het vooral op dat de meeste boten slecht, tot niet onderhouden zijn. Mijn journalistenneus ruikt een mooie reportage, maar dan besef ik dat ik me nu misschien beter bezig hou met de internationale politieke curiositeiten.