1 mrt 2010

Het leven van een stagiaire in Suriname kan toch hard zijn ...

Opnieuw een weekend achter de rug. Mijn adjectieven zijn reeds opgebruikt. Hoe zal ik dit weekend omschrijven? Saai, niet spectaculair. Dat zou gelogen zijn. Alhoewel, zaterdagmorgen lag wel dicht in die buurt. Ik en Jan gingen op bezoek bij de Rozekruisers, een mystieke orde. Er werd een soort opendeurdag gehouden. Jammer genoeg was het niet bijster interessant. Tijdens de Egyptische meditatie in hun tempel, was het moeilijk mijn hoofd erbij te houden. Enfin, misschien was dat wel het opzet van heel het spel. Maar het kon me dus niet boeien. Op dit moment pers ik mijn hersenen samen om toch maar een min of meer veelzeggend artikel te schrijven.

Maar alle andere momenten van het weekend verdienen een ander adjectief. Vrijdagavond begon goed met het toneelstuk 'Midzomernacht'. Gebaseerd op de welgekende Shakespeare. Het was een theaterstuk op Surinaamse wijze. De gedragingen van de acteurs benaderden het hilarische. De zaal lag steeds plat bij de minste poging om grappig te zijn. Als toeschouwer kon ik niets anders dan meelachen wanneer er opnieuw een lachsalvo passeerde. Maar ik genoot echt van de onbeschaamdheid en de kunde van de acteurs.

Op het einde beseften we nog niet dat het slechts 'een opwarmertje' was voor onze avond. Dicht tegen de kathedraal, achter de Surinaamsche bank (ik weet niet waarom ik het zeg, maar zo kunnen jullie zich wat oriënteren in Parmaribo city) vond die avond ook de officiële opening plaats van de tentoonstelling Paramaribo SPAN. Een 29tal artiesten stelt hun kunstwerken daartentoon. Onder andere een tatoeëerder en iemand die het nodig vond om een hele bende kuikens in een hok bijeen te proppen. We hadden geen officiële uitnodiging, maar omdat Jan die wel had, lukte het ons toch om binnen te sluipen. Een magische tuin ging voor ons open. Of op z'n minst het hof van eden. Zonde en heerlijkheid liggen dicht bij elkaar... Hoe poëtisch ben ik nu weer bezig. Kortom, we kwamen terecht in een wereld waar à volonté cocktails, sushi, fruit en dürum verorberd kon worden. Weliswaar gingen wij voluit voor de kunst. Ook president Venetiaan deed daar zijn blije intrede. Toen we gefascineerd naar de kuikens aan het staren waren, kwam er plots een horde cameramannen en - vrouwen aangerend. Wij moesten plaatsmaken voor de man. Interessant, om ook dat eens van dichtbij mee te maken.

Zo kwam het dus dat ons weekend in een razende vaart vooruit snelde. Gisteren hebben we Matapica verkend. We vertrokken met een busje. Op enkele honderden meters verwijderd van onze bootopstapplaats kregen we (godzijdank?) een klapband. Waar Surinaamse wegels niet goed voor zijn. Na een korte wandeling klommen we in ons vaartuig. Volgeladen met drank, eten en Belgische stagiaires, gingen we de tocht aan. Onderweg stopten we even om enkele oude plantages te bezoeken. Waaronder de vroegere koffieplantage Reynsdorp aan de Matapicakreek. Ook daar groeien de kokosnoten aan de bomen =) en een vriendelijke inwoner besloot ons met een machette te helpen om de noten te breken. De overblijfselen van de plantage waren eerder miniem. Maar toch vond ik het de moeite om die kleine dorpjes van naderbij te spotten.

Een harde kokosnoot om te kraken



De tocht over het water (De Commewijne, Surinamerivier en dan enkele vertakkingen daarvan) verliep niet zonder 'slag of tak'. Op een bepaald moment moesten we een uurtje wachten op de komst van vloed. Terwijl we met de boot bijna vastzaten in het drassige gebied. Uiteindelijk konden we aanmeren aan een van de huisjes die de matapicakreek omringde. De leerkracht die ons meenam op uitstap, kookte daar voor ons een verrukkelijke maaltijd. En na een moddergevecht in het water van de Matapicakreek, voelden we ons als herboren. Een plaatselijke kerel besloot daarbij dat hij het telefoonnummer van het blondje wou. Met andere woorden, mijn telefoonnummer. Hij schreef op een serviette de cijfers die ik hem gaf. Toch waagde ik het niet om mijn Surinaamse nummer achter te laten. Misschien gemeen, misschien gewoon op mijn hoede.


Plonsen in de Matapicakreek

Dreigende wolken boven Matapica


Op de kruising met de zee, spotten we enkele benoemenswaardige vogels. Waaronder een hele meute flamingo's. Een beeld dat nooit meer uit mijn geheugen zal te krijgen zijn. Het deed me zelfs terugdenken aan het bezoekje aan de zoo ... voorbije zomer, hoe lyrisch toch.

Met een vaart keerden we terug waar we gestart waren. Door het oerwoud met een bootje. Nog meer woorden nodig? De ondergaande zon, de opkomende maan en de sterrenhemel maakten de dag compleet. Dag Matapica, dag binnenland.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten